Grondsteenspreuk

Op 7 september 2012, vlak voor de officiële ingebruikname van het Droomhuis is de grondsteenspreuk geschreven en op plechtige wijze officieel geplaatst in een mooie koperen koker boven het plafond van de entree van het Droomhuis.

Het begrip grondsteenspreuk komt uit de Antroposofische Beweging en is bedoeld als een spirituele basis voor het Droomhuis. Het is een belangrijke bron van inzicht en inspiratie. De grondsteenspreuk geeft vooral aan, dat de mens (en de bewoners van het Droomhuis) vooral is ingebed in het grotere geheel van de schepping.
De tekst voor het Droomhuis bestaat uit twee gedeeltes; het eerste deel gaat over de bewoners (en hun ouders/verwanten), het tweede deel gaat over de verzorgenden. De tekst luidt als volgt:

Dat dit huis, dat mijn ouders voor mij bouwden mij moge ontvangen als mijn nieuwe thuis, wanneer ik hier binnenga.
Dat ik in dit huis gelukkig zal zijn, groeien mag en veilig ben.
De goede daden, die mijn lieve ouders steeds verricht hebben, zij vormen het lot dat wevend verder werkt in mijn leven.
Moed en vertrouwen, zij kunnen voeren tot heil en zegen.
Ik kan moedig de wereld betreden.
De geestelijke wereld zal mij begeleiden.
Christus zal mij leiden.

In dit huis waar wij werken willen, zullen wij een thuis maken voor hen die er wonen.
Zij die ons zijn toevertrouwd, dat wij in eerbied ontvangen.
Luisterende zullen wij horen.
Kijkende zullen wij zien.
Ons antwoord nodigt tot groeien.
Wij willen behoedzaam bevrijden wat rijpend wacht.
Opdat deze mens zijn eigen wezen herkent.
Om dit alles wenden wij ons vragend tot de geest van de tijd.
Richten wij ons luisterend tot die verheven machten, die kracht, moed en licht in ons kunnen versterken.
Opdat ontstaan kan de vrij scheppende daad, die levenwekkend is voor de aarde.